HOOFDSTUK III

MAAR OOK EEN MUIS DIE SCHUILT VOOR DE KAT KAN SCHADE AANRICHTEN


Noord-Limburg kreeg het in juli 1944 zwaar te verduren. Tijdens een groots opgezette operatie werden in één nacht meerdere leiders van het Verzet verrast en opgepakt. Mathieu Vanderfeesten, wellicht meer beducht voor invallen, kon ontkomen en vluchtte naar de schuilplaats in het Lommelse Kerkebos, evenals de gebroeders Salaets en Jan Schepers van Lommel.
In hun haast hadden ze de voorraad wapens en springstoffen moeten achterlaten op De Roosen. De volgende nacht keerden ze terug naar de bergplaats en vervoerden een deel per fiets. Vanderfeesten reed voorop terwijl de Salaetsen, schietensklaar, hem volgden en voor dekking zorgden. De nacht daarop was het de beurt aan die van Lommel om de rest op te halen. In de loop van de volgende dagen, kwamen nog enkelen het groepje versterken. Gerard Philippe, de koerier van Sint Huibrechts-Lille, kwam op 20 augustus het bericht brengen dat de spoorweg Antwerpen-München Gladbach diende gesaboteerd te worden om de aanvoer van en naar Antwerpen te vertragen en zo mogelijk te onderbreken. Het probleem werd in de groep besproken. Het spoor links of rechts opblazen zou meermaals moeten gebeuren, daar herstellingen snel werden uitgevoerd.
Bovendien bestond het gevaar van gijzelname en straffen voor de dorpen. Ze kozen voor de meest afdoende oplossing: de spoorwegbrug over het kanaal te Balen-Wezel opblazen ! Mathieu Vanderfeesten nam de leiding. Hij was de enige militair en vertrouwd met springstoffen. Er moesten kistjes getimmerd worden om de explosieven te vervoeren. Ze werden op maat gemaakt om ze gemakkelijker aan te brengen onder de brug. Daarvoor dienden ze eerst de juiste afstand te kennen tussen de pijlers en de ijzeren balken die de brug schraagden. Nol was daarvoor de aangewezen man.
Met enkelen gingen ze zwemmen nabij de bewuste brug.
Nol vroeg de schildwachten of hij er af mocht duiken. Hij maakte wat gekke capriolen zodat de wachten zelfs in de handen klapten. Hij maakte van de gelegenheid gebruik om op zijn been de juiste afstand af te meten: van de voet tot iets onder zijn knie, wat hij met een striem aantekende. Achteraf zou blijken dat de kistjes inderdaad de perfecte afmetingen hadden. Ze oordeelden dat elf mannen de klus konden klaren. Ieder kreeg zijn instructies en er werd gerepeteerd. In de nacht van 24 augustus werden de wapens uitgedeeld: één Brengun, één Stengun, vijf revolvers, de nodige munitie en veertien Millsgranaten. Langs afgelegen paadjes en binnenwegen slopen de elf naar Balen-Wezel. De kistjes werden vervoerd op fietsen. Volgens plan zwommen er drie naar de overkant. Henri van de Laar deed het driemaal om kleren en wapens droog over te brengen. De laatste maal met de revolvers op zijn hoofd gebonden, ging hij kopje onder en moesten zijn broer Hein en Jef Mertens hem helpen. De revolvers en munitie waren nat geworden en nu vreesden ze dat die onbruikbaar waren geworden ! Henri besloot dan maar de brug te besluipen met handgranaten. Hein en Jef wandelden ondertussen luid pratend als twistende dronkaards naar de brug. Daar vroegen ze een vuurtje voor hun sigaret. De behulpzame schildwacht kreeg een revolverloop tegen zijn mond geduwd en de andere stak onmiddellijk zijn armen in de lucht. Ontwapend werden ze weggeleid en op redelijke afstand van de brug gekneveld en bewaakt. Thieu, Lambert, Nol, Schepers en Aerts waren ondertussen begonnen met het losvijzen van de platen tussen de rails waarlangs de kistjes moesten aangereikt worden. Onverwachts dook een trein op uit de richting Hamont. Te laat om de brug nog te verlaten ! Plat op hun buiken legden ze zich naast de rails. Nog net op tijd. De trein vervoerde geschut en manschappen die in de deuropeningen hun benen naar buiten lieten bengelen. Hun laarzen scheerden rakelings over de doodstil liggende weerstanders. Nog tweemaal reed een trein over de brug vooraleer ze klaar waren. Ze werden niet opgemerkt.
Vanderfeesten zat onder de brug en zijn mannen reikten hem de kistjes aan. Met houten spieën klemde hij alles stevig vast. De cortex werd afgerold en de ontsteking bevestigd.  Het drong nu pas tot hen door dat er gevaar was voor de huizen in de buurt van de brug. Vlug gingen ze de omwonenden verwittigen en aanmanen in de kelders te gaan schuilen. Bijna twee uur ! Nu moest het vlug gaan, want er was ook nog de aflossing van de wacht ! De mannen die overbodig waren, vertrokken nu naar het verzamelpunt op de terugweg. Het stukje trage lont dat ze hadden, was maar een dertigtal centimeters lang en daarbij ook nog gekneusd. Te kort en bovendien was er echt gevaar voor vroegtijdige ontploffing wegens de kneuzing. Er werd geloot en Lambert zou het vuur aan de lont steken. Nol wou zijn broer niet alleen laten. Eens de lont begon te sissen, spoedden ze zich weg. Maar ze geraakten niet ver. De knal was oorverdovend, de flits verblindend en de luchtverplaatsing bijzonder pijnlijk. Het geluk stond weerom aan hun kant, want ze werden niet getroffen door rondvliegende brokstukken. Verdoofd en wat verdwaasd vingen ze de aftocht aan. De gevangenen bleven gekneveld achter. Thieu beleefde nog spannende minuten. Hij kon zijn fiets niet terugvinden in het struikgewas. Wel wat laat bekloeg hij zich erover de taksplaat niet verwijderd te hebben, daar hij via het nummer kon opgespoord worden. Ondanks het feit dat hij zich bezeerde toen hij erover struikelde, zuchtte hij van opluchting. Het schurend gerem van een konvooi dat nog nipt een duik in het kanaal kon vermijden, klonk hen als muziek in de oren. De rest van de nacht hadden ze nog veel te bespreken ! De aanvoer over het spoor was definitief stilgelegd. Opdracht volbracht ! Jef Aerts waagde zich 's anderendaags tussen de nieuwsgierigen en hoorde Duitse officiers zeggen: "Dit is niet het werk van Witte Brigade mannen. Het moeten Engelse saboteurs geweest zijn." Jef was wel wat in zijn eer geraakt, maar toch fier dat hun werk geïnterpreteerd werd als verricht door specialisten. De mannen hebben het opgevat als woorden van lof, een compliment. Het oorlogskruis zou later volgen.



Jaak Daemen

VERVOLG PAGINA IV